Geschiedenis Vereniging Lyceumkwartier Zeist

Geactualiseerd: 2 september 2019

In 1905 ontstaan als het Schaerweijder Bosch- en Villapark in de voormalige Schaerweijder Bosschen, is het Lyceumkwartier ook tegenwoordig nog een prachtige villawijk in het groen.

De oprichters en eerste bewoners van het Schaerweijder Bosch- en Villapark hadden een elegante wijk voor ogen, met mooie gebouwen gelegen in een sierlijke, groene omgeving. Toen de bebouwing in de loop van de jaren dichter werd, bleef dit streven bestaan. Ook latere bewoners maakten zich er sterk voor, dat de groene omgeving zou worden behouden.

Toen in 1976 plannen bekend werden dat op het terrein van het internaat een dichte, deels gestapelde, bebouwing zou worden gerealiseerd, zorgde dat voor grote bezorgdheid onder de bewoners van het Lyceumkwartier. Tijdens een vergadering in 1976, georganiseerd door de Stichting Milieuzorg Zeist, is door de heren Ossentjuk, Oepkes en Van de Oort de Vereniging Lyceumkwartier Zeist opgericht met het doel het karakter van de groene wijk in stand te houden en de beoogde bouw tegen te gaan.

Overigens werd in deze jaren niet alleen de Vereniging Lyceumkwartier Zeist opgericht. Er werd ook nog een andere wijkvereniging opgericht: de ‘Vereniging tot Behoud van het Karakter Lyceumkwartier’. De doelstellingen van de beide verenigingen leverden hen bijnamen op. De leden van de Vereniging tot Behoud van het Karakter Lyceumkwartier wilden geen enkele nieuwbouw in de wijk toestaan, waren harder in hun opstelling en kregen daarom de bijnaam de “Havikken”. De leden van de VLZ waren bereid extra woningen toe te staan, zij het onder strenge voorwaarden. Als tegenhanger van de “Havikken”, werden de VLZ-leden de “Duiven” genoemd. In 1995 is de Vereniging tot Behoud van het Karakter Lyceumkwartier opgeheven.

Uit het archief van de vereniging blijkt dat de oprichters een goede vooruitziende blik hebben gehad om een wijkvereniging op te richten om deze plannen nauwkeurig te volgen en er actie in te ondernemen. Vele procedures volgen. Procedures waarin het rapport van Prof. Van Voorden, getiteld “Culturele identiteit als basiswaarde voor het stedenbouwkundig ontwerp”, een belangrijke rol speelt: het lanenstelsel in het Lyceumkwartier moet bepalend zijn voor de cultuurhistorische structuur van een nieuw plan. Eind november 1993 wordt goedkeuring aan het door de gemeente ontwikkelde bestemmingsplan “Lyceumkwartier” onthouden. Op de Algemene Leden Vergadering in december 1993 wordt de champagne ontkurkt om deze overwinning te vieren.

Daarop worden er aan de hand van een nieuw bestemmingsplan “Lyceumkwartier 1998” opnieuw bouwplannen ontwikkeld voor het gebied ten zuiden van de Verlengde Slotlaan (achter het voormalig jongensinternaat) en ten noorden van de Verlengde Slotlaan (rond het complex van de Vrije School).

Een aantal bewoners, de VLZ en de Vereniging tot Bescherming Karakter Lyceumkwartier voeren tot 2001 tot aan de Raad van State procedures om goedkeuring aan het bestemmingsplan “Lyceumkwartier” ongedaan gemaakt te krijgen.

Resultaat van meer dan tien jaar procederen is, dat het beoogde aantal woningen van 500 is gehalveerd en dat daar waar in de oorspronkelijke plannen sprake was van sociale woningbouw en gestapelde laagbouw, woningen worden gebouwd die voor het merendeel qua architectuur passen in de wijk.

In de eerste jaren richtte de vereniging zich met name op de procedures tegen de nieuwbouwplannen. Toen die voorbij waren, werd de vereniging meer en meer betrokken bij andere kwesties in de wijk. Daarbij werd nooit de doelstelling van de vereniging uit het oog verloren: “Het in stand houden en beschermen van het woon- en leefklimaat, en daarmee het karakter van villawijk in het Lyceumkwartier van de gemeente Zeist

Ook nu nog wordt de Vereniging Lyceumkwartier Zeist door de gemeente en instanties in de wijk gezien als de spreekbuis van de bewoners uit de wijk. Nog steeds blijkt de VLZ in vele kwesties van belang te zijn.

Daar waar de VLZ in 1985 nog 120 leden had, is dat aantal inmiddels gestegen naar 560 (van de huidige –ongeveer- 850 huishoudens).